Partij voor de Dieren dringt aan op concre­ti­sering van het begrip ‘Brede welvaart’

Gedeputeerde Staten van Groningen maken graag goede sier met het modebegrip ‘Brede Welvaart’. De Statenfractie constateert helaas dat dit bij mooie woorden blijft. ‘Brede Welvaart’ wordt nergens op een concrete wijze uitgewerkt in het provinciale beleid. In de praktijk blijft alles bij hetzelfde. Daarom dringt de PvdD in Provinciale Staten aan op een concretisering van het begrip ‘Brede Welvaart’ én daarmee op een concrete doorwerking hiervan in het provinciale beleid.

Economische Visie 2035

Onlangs werd gesproken over de Economische Visie 2035. Gedeputeerde Staten schrijven: ‘We zetten brede welvaart voorop in de keuzes die we maken in onze regionale economie. Brede welvaart omvat alles wat mensen van waarde vinden. Naast materiele welvaart gaat het ook om zaken als gezondheid, onderwijs, milieu en leefomgeving, sociale cohesie, persoonlijke ontwikkeling en veiligheid. En brede welvaart gaat niet alleen over het hier en nu maar ook over de doorwerking elders en in de toekomst’.

De fractie van de PvdD kan zich heel goed kan vinden in deze beschrijving, met name de laatste toevoeging van het college, namelijk ‘het voorkomen van afwenteling van hier & nu naar elders of later’. Fractievoorzitter Stijn ten Hoeve plaatst hierbij een belangrijke kanttekening: ‘Zo’n principiële keus voor brede welvaart betekent nogal wat! Als we echt willen stoppen met het afschuiven van lasten naar elders en/of naar toekomstige generaties, dan kunnen we onmogelijk op de oude voet doorgaan. Voor een echt duurzame ontwikkeling zal onze voetafdruk structureel en zeer fors moeten afnemen. Dat kan alleen met harde, fundamentele maatregelen nodig, die op korte termijn pijnlijk kunnen zijn voor sommige economische sectoren’.

Een schrijnend voorbeeld is het provinciale landbouwbeleid. Als er één sector is, waar al decennia lang sprake is van grootschalige afwenteling naar elders of later, dan is het wel in de gangbare landbouw, in het bijzonder de veehouderij. In de Economische Visie 2035 echter geen woord over aanpassingen die gedaan moeten worden in landbouw en veehouderij. De mooie woorden in de inleiding krijgen geen enkele doorwerking in de rest van het document. Voor landbouw en veehouderij blijft alles bij het oude. Waarmee de veelbelovende passage over ‘Brede Welvaart’ alleen maar dient als ‘window dressing’.

Invulling ereschuld aan Groningen

Het doel ‘Verbetering Brede Welvaart’ gaat ook een grote rol spelen in de zgn. Groningen-wet. In deze wet gaat de Rijksoverheid vastleggen, hoe de ereschuld aan Groningen zal worden ingevuld. Hiervoor is 30 jaar lang, elk jaar opnieuw, € 250 miljoen beschikbaar voor het realiseren van vier hoofddoelstellingen, namelijk: schadeherstel, versterking, verduurzaming én brede welvaart.

Op 8 mei was er een ingelaste Statencommissie over dit belangrijke onderwerp. Voor deze wet, die door het parlement zal worden vastgesteld, kunnen lokale en regionale overheden input aanleveren. Ook hier vraagt de fractie in haar bijdrage om het begrip ‘Brede welvaart’ veel concreter in te gaan vullen. De voorlopige stukken over de Groningen-wet zijn hier namelijk heel vaag over. Er wordt verwezen naar het Centraal Bureau voor de Statistiek, dat in zijn regionale monitor voor brede welvaart onderscheid maakt in maar liefst 42 verschillende indicatoren. Met deze indeling loopt bestaat het risico dat het begrip ‘Brede Welvaart’ volledig verwatert met als gevolg dat Provinciale Staten hier geen grip meer op kunnen houden en hier dus ook niet meer op kunnen sturen.

Voorstel onderzoek naar ‘Brede Welvaart’ door de Noordelijke Rekenkamer

Juist omdat ‘brede welvaart’ een veelomvattend gebied beslaat is het belangrijk dat de provinciale politiek kan blijven controleren of de beloftes wel worden ingelost. De Statenfractie heeft mede daarom een onderzoeksvoorstel geschreven, en deze inmiddels, samen met de fracties in Drenthe en Fryslân, ingediend bij de Noordelijke Rekenkamer. In het voorstel wordt gevraagd om een onderzoek te gaan doen naar het begrip ‘Brede Welvaart’. In hoeverre zijn er binnen het provinciaal brede beleid concrete voorbeelden waarbij de focus op ‘brede welvaart’ tot nu toe tot een zichtbare koerswijziging heeft geleid of op z’n minst tot een accentverschuiving. Bijvoorbeeld: wat is de provincie minder gaan doen of minder gaan ondersteunen en waar zet de provincie zich juist veel meer voor in? Met als vervolgvraag: welke aanbevelingen doet de Rekenkamer aan de provincie om aan het begrip ‘Brede Welvaart’ veel concreter handen en voeten te geven, zodat Provinciale Staten hier in de komende jaren veel beter op kunnen gaan sturen. Het doel is dat het provinciale beleid zich voortaan daadwerkelijk gaat richten op het realiseren van waarden die er volgens de Partij voor de Dieren echt toe doen, zoals de bescherming en het herstel van zgn. ‘zachte’ belangen van natuur, milieu, dierenwelzijn en landschap, het welbevinden van mensen, een gezonde en groene leefomgeving.