Inbreng herziening Provin­ciale Omge­vings­ver­or­dening


6 februari 2013

Voorzitter, als het kalf verdronken is dempt men de put. Dat hebben we op het gebied van intensieve veehouderij en mestbassins al verschillende keren gedaan. Het is daarom erg vreemd dat we nadat de put gedempt is, weer een nieuwe mestput er naast gaan aanleggen. Die we vervolgens weer moeten gaan dempen. Zo blijven we druk bezig, maar ondertussen is het kwaad alweer geschiedt en zijn vele kalveren verdronken.


Aan het begin van deze eeuw werden we geconfronteerd met een roze invasie. Grote stallen vol varkens. Dat waren we niet gewend en we wilden dit hier ook niet. Toen is er voor het eerst in het POP een beperking opgelegd aan intensieve veehouderij. Dit is in 2006 weer gedeeltelijk ongedaan gemaakt. En in 2007 en 2009 weer hersteld. En nu opnieuw gaan we de regels versoepelen. Wij vinden dat onwenselijk.


De Partiele herziening van de Omgevingsverordening bood een uitgelezen kans om onze provincie schoner, leefbaarder en landschappelijk en toeristisch en aantrekkelijker te maken. Helaas is hier weinig van terecht gekomen, de voorgestelde wijzigingen werken zelfs averechts. De voorgestelde wijziging van artikel 4.19 (uitwerking van de WRO), waarmee de afzonderlijke ontheffingverlening voor schaalvergrotingen door Gedeputeerde Staten vervalt, zal schaalvergroting makkelijker maken. Door middel van een bestuursovereenkomst per gemeente, die geldig is voor alle schaalvergroting van agrarische bouwpercelen in die gemeente, kunnen melkvee- en geitenhouderijen fors uitbreiden. En we weten wat dat betekent: immens grote stallen van 5, 6 hectare of nog veel meer. Wie wil weten wat dat deze fabrieksmatige veehouderij betekent voor het landschap kan eens in Stedum gaan kijken. Een stal die net zo groot is als een kwart van het dorp. En als de provincie doet wat ze nu van plan is, dan is dat straks ook te zien in Munnekemoer, Rasquert, Groningen, Zuidhorn, Vlagtwedde of Westerbroek. Vaak horen we dat het allemaal wel meevalt, dat de dieren gewoon buiten kunnen lopen in de wei en dat het allemaal mooi wordt. Dat is een illusie voorzitter. De ontwikkeling gaat precies de tegenovergestelde richting uit. Gigantische stallen, volledig afgesloten met luchtwassers er op om de stank en de ammoniak binnen te houden. Veel dieren bij elkaar. Als één dier verkouden wordt, of erger, dan worden vele honderden dieren in dezelfde stal besmet. En ik hoef u niet te vertellen wat daar de gevolgen van kunnen zijn. Hoogproductieve dieren, die gauwer last hebben van pootafwijkingen, die vaker en hardnekkiger last hebben van uierontstekingen. Vanwege het risico op antibioticaresistentie moet dat omlaag. we zien in alle sectoren een kleine afname van het antibioticagebruik. Nog lang niet genoeg, maar er worden pogingen ondernomen om het terug te brengen. Het antibioticagebruik in de melkveehouderij daarentegen neemt nog juist toe! Daar waar varkens en kippen langzaam ietsje pietsje duurzamer en diervriendelijker wordt, zien we in de melkveehouderij een omgekeerde trend. En wat doet het College? Die geeft deze bedrijven daar alle ruimte voor.


De gedeputeerde heeft toegezegd tijdens een commissievergadering met een voorstel over een buffer rond geitenhouderijbedrijven te komen. Kan hij aangeven op welke termijn we zo' n voorstel kunnen verwachten?


Het college geeft steeds aan dat er maatwerk wordt geleverd, maar de feitelijke provinciale inbreng is buiten de in een eerder afgesloten bestuursovereenkomst beperkt tot de procesafspraken aan de keukentafel, daar kom ik zo nog op terug.


Wij verwachten dat aanvragen voor megamelkveehouderijen sneller gehonoreerd zullen worden door gemeenten, terwijl de provincie aan de zijlijn staat te kijken. En daarmee zijn de belangrijke provinciale waarden, zoals leefbaarheid en landschap onvoldoende geborgd. ?De Partij voor de Dieren ziet daarom liever een wat grotere invloed van de provincie, niet alleen van Gedeputeerde Staten maar ook van Provinciale Staten. Het is wat ons betreft onvoldoende om achteraf door GS geïnformeerd te worden. Keer op keer worden we hier achteraf onaangenaam verrast. Kan het College met een voorstel komen om PS meer invloed te geven bij de besluitvorming? Dit kan bijvoorbeeld door het maken van een Provinciaal Inpassingsplan voor elke uitbreiding van een veehouderij, maar misschien zijn er ook andere mogelijkheden. Graag een reactie van het college.

Voorzitter, het maken van procesafspraken aan de keukentafel is ons een doorn in het oog. In deze tijd, waar steeds grotere nadruk op transparantie en openheid komt te liggen, worden in besloten gesprekken aan keukentafels in achterkamers besluiten genomen die enorme gevolgen hebben. Het verdrag van Aarhus stelt dat bij milieuaangelegenheden toegang tot informatie en inspraak bij de besluitvorming mogelijk moet zijn. Daarnaast beveelt ook de gezondheidsraad aan om de GGD en omwonenden in een vroeg stadium te betrekken. Desondanks blijven de keukentafelgesprekken exclusieve onderonsjes voor de ondernemer en de overheid. Aan de tafel worden de plannen beklonken, vervolgens moeten omwonenden, natuur- en dierenwelzijnsorganisaties maar bezwaar gaan maken. Dit is een oneerlijke strijd, gezien het late tijdstip waarop zij beschikking krijgen tot informatie en ook gezien de hoge griffierechten. En zelfs als een gemeente naar aanleiding van de bezwaren zou besluiten dat het plan inderdaad opnieuw bezien moet worden, dan zal de ondernemer aan de bel trekken: de zaak was toch afgesproken? En vervolgens met een schadeclaim komen. Graag een reactie van het College hierop. Waarom het advies van de gezondheidsraad niet opvolgen en waarom zo geheimzinnig blijven doen over die keukentafels. Is het college bereid om te kijken in hoeverre de keukentafelgesprekken kunnen worden aangepast?


Dan de verruiming van regels voor mestopslag. Met deze herziening gaan we eigenlijk terug naar de situatie van voor 2009, toen er een enorme wildgroei van mestbassins plaatsvond. Om dit een halt toe te roepen werd het POV aangescherpt, en wat doen we vier jaar later: de boel weer terugbrengen in oude staat, zodat er weer overal bassins kunnen opduiken. De gedeputeerde gaf in de commissievergadering aan dat het mogen bouwen van een mestbassin slechts in uitzonderlijke gevallen gewenst wordt. Maar voorzitter, een inventarisatie van de Streekraad over het jaar 2010 liet zien dat vrijwel alle aanvragen voor mestbassins in Oost-Groningen betrekking had op veldkavels. Kan de gedeputeerde aangeven waarom hij er op vertrouwt dat die situatie inmiddels volledig gewijzigd zou zijn? Waarom zouden vrijwel alle boeren tot 2010/2011 hun mestbassins op veldkavels willen aanleggen en een jaar later deze mestopslagen keurig naast hun eigen boerderij willen aanleggen? Wij zijn er niet gerust op. Wij hebben geen enkele aanwijzing dat er niet weer kunnen belanden in de oude situatie. En volgens mij heeft het college dat ook niet.


Wij dienen daarom het volgende amendement in.


Laten we niet een kuil graven voor een ander, maar ook niet voor onszelf.

Interessant voor jou

Inbreng effecten gaswinning

Lees verder

Inbreng POV, 20 maart 2013

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer