Bijdrage brief regionale veenweidestrategie
Voorzitter,
Net als bij stikstof spreekt volgens mijn fractie ook uit de collegebrief over dit probleem een gebrek aan ernst en urgentie. En net als bij stikstof is er ook in dit dossier sprake van een groot gebrek aan bestuurlijke besluitvaardigheid en daadkracht.
De voorliggende strategie ademt in alles een houding van: langzaam aan, want dan breekt het lijntje niet. Dit levert een heel stroperig proces op met eindeloos ambtelijk gepraat waarbij het nog een jaar of drie, vier zal duren voordat er ook maar iets concreets zal gebeuren, en dan ook alleen nog maar in een vijftal zoekgebieden.
Ondertussen gaat het proces van veenafbraak en -oxidatie gewoon door met als gevolg een enorme uitstoot van CO2 en een verdere bodemdaling en -inklinking in álle gebieden met veengrond. in onze provincie en veel schade aan woningen door verzakking en scheurvorming.
Mijn fractie is dan ook van oordeel dat het bij de aanpak van dit probleem allemaal veel sneller kan en vooral ook veel sneller MOET.
De voorliggende strategie bestaat uit de drie fasen 1.0, 2.0 en 3.0: weten, willen en uitvoeren. Onnodig tijdverlies, de problematiek, oorzaak en oplossing is bekend . Willen? Of men er nou aan wil meewerken of niet, het proces van veenoxidatie is alleen stop te zetten door het verhogen van de waterstand.
De brief wordt ter informatie voorgelegd aan PS. Als we ons hierbij neerleggen dan tekenen we voor een nieuw praatcircus waarbij geheel onnodig nog eens kostbare jaren verloren gaan, terwijl dit probleem al veel te lang op z’n beloop is gelaten. Daarom wil de PvdD een motie indienen, die aanstuurt op een strategie van stevig doorpakken.
De oorzaak van de veenoxidatie is, dat het peilbeheer nu ten dienste staat van de landbouw. Het proces van veenoxidatie valt dus alleen stop te zetten door een fundamentele omslag in het peilbeheer, volledig gericht op het voorkomen van veenoxidatie. Waarbij o.b.v. wetenschappelijke, objectieve kennis per gebied wordt aangegeven in welke mate de waterstand omhoog moet. Peil volgt functie móet functie volgt peil worden! Dit kan het einde betekenen van veel intensieve melkveehouderijen. Het zij zo. Want een vergaande extensivering van de veehouderij is ook precies wat nodig om het stikstofprobleem op te lossen. Mogelijkheden te over voor nieuwe vorm van landbouw gericht op duurzame consumptiepatronen en in harmonie met de natuur. Natte teelten die kunnen worden ingezet in de bouw, in de biobased economy, zoals lisdodde, riet, wilg, olifantsgras. Voedselproductie zoals wilde rijst, noten, cranberry en eetbare waterplanten. Begrazing door waterbuffels. Daarnaast bepleiten wij dat zowel in het natte veen rondom de stad Groningen en in de Veenkoloniën er veel meer robuuste natuurgebieden komen.
Uitermate belangrijk is verder dat overheden stoppen met het naar elkaar wijzen en wachten op elkaar. GS stelt het volgende: ‘doordat het waterschap peil blijft aanpassen aan de functie landbouw blijft het maaiveld steeds meezakken. Het waterschap loopt tegen grens van het systeem aan’. Laten we duidelijk zijn, het waterschap is een functionele overheid die handelt als de provincie aangeeft dat verandering noodzakelijk is. De provincie moet nu duidelijkheid verschaffen. Bent u daartoe bereid?
Voorzitter, ik wil afronden.
Het is u duidelijk dat de PvdD wil dat de provincie haar inzet aanpast en versnelt, gericht op een ander peilbeheer. Op dit punt willen wij graag een motie indienen.
Daarnaast staat in het rapport als uitgangspunt dat we de gereedschapskist vanaf nu moeten vullen en zo snel mogelijk met maatregelen moeten starten. Om dit aan te jagen dienen we ook graag een motie in die oproept tot peilverhogingen als no regret maatregelen die op korte termijn kunnen worden uitgevoerd.
Wij verzoeken dan ook om dit onderwerp te agenderen voor de komende Statenvergadering. Ik dank u voor de aandacht.
Interessant voor jou
Bijdrage stikstofopgave NPLG
Lees verderBijdrage koersdocument provinciale omgevingsvisie
Lees verder