Woord­voering Provin­ciale Staten najaarsnota, beleids­no­titie Flora en Fauna en actieplan weide­vogels, voortgang Ring Zuid


3 oktober 2018

De Najaarsnota: een duidelijk en overzichtelijk verhaal. Eerst het onderzoek naar vogelsterfte rond de windturbines in de Eemshaven. Er had wat de Partij voor de Dieren betreft geen geld voor uitgetrokken hoeven te worden, ware het niet dat we als mensheid zoals gewoonlijk volkomen egoïstisch ervoor gekozen hebben, onze dodelijke speelgoedjes te moeten plaatsen op de trekroute van zeer veel dieren – vogels en vleermuizen. Het is als een muur
bouwen midden op een snelweg. Gegeven de omstandigheden zijn we blij te lezen dat er geld voor het minimaliseren van die vogelsterfte uitgetrokken wordt en dat er nu dan ook daadwerkelijk een tegenonderzoek plaatsvindt naar het naar verwachting 75 procent verminderen van die sterfte. Een onderzoek dat moet leiden tot een werkend trekvogelvoorspellingsmodel in 2020, een model dat ook elders toegepast kan worden en eigenlijk kunnen we daar als provincie heel trots op zijn. Dan staat op bladzijde 27 dat het reservepotje Zuidlaardermeer overgeheveld wordt naar PLG 2. Kan de gedeputeerde bevestigen dat het geld bestemd blijft voor de natuur rondom de Zuidlaardermeer?


Beleidsnotitie Fauna en Flora 2018 en Actieplan Weidevogels

Na de Tweede Wereldoorlog was het devies – en begrijpelijk: nooit meer honger. En het gevolg hiervan was grootschalige landbouwbedrijven en ruilverkaveling. In onze provincie is zo ongeveer 8 procent aan natuurgebied overgebleven en alhoewel pogingen worden ondernomen om de verloren gegane biodiversiteit weer op te krikken, is het natuurlijk logisch dat de ecosystemen in elkaar klappen. Louis van Kelckhoven schetste dit laatst fraai in een opiniestuk over insecten in het Dagblad: de nieuwe weidevogels zijn de kraaien, de ooievaars, de blauwe reigers en
een enkele buizerd. Men vindt dat moeilijk om te accepteren en dat is mooi. Maar het is buitengewoon
treurig dat pogingen om de ene soort te redden, gepaard gaan met het doden van andere soorten.
Kraaien en vossen zijn al jarenlang de klos. Om niets, want als je een predator schiet, neemt een
andere zijn plek in. Neem de vos. Die wordt zo fel bejaagd, dat een moervos tegenwoordig grote
worpen legt van meer dan twee welpen. Jaarlijks worden er in onze provincie ongeveer duizend
vossen doodgeschoten. Het gevolg is dat de populatie alleen maar jonger wordt en niet kleiner. En
deze vossen zijn minder in staat om hun territorium af te bakenen, zodat je alleen maar meer vossen
op hetzelfde grondgebied. Een populatie is niet afhankelijk van het aantal predatoren of het aantal
jagers, maar van het voedselaanbod en de mogelijkheid tot voortplanting. Dat is ook wat de
weidevogel nekt. Daarom dienen wij deze motie in.
Ik groeide op het platteland van Friesland, bij Joure: een streepje
huizen in het land. Een jager, die ietsje verderop woonde, kwam op een dag bij ons langs en die zei:
“Ja, houd die kat maar een aantal weken binnen, want wij gaan weer op jacht. En de kat zou per
ongeluk weleens de kogel kunnen krijgen.” Daarom dienen wij deze motie in. Voor de kat geldt
overigens hetzelfde als voor de vos: schiet de ene predator en de andere popt op.



Het lijkt wel alsof jagers en boeren een verbond des doods hebben
afgesloten. Jagers zijn voor boeren nodig om schadevergoeding te krijgen – bij ganzen bijvoorbeeld –
en bij ruil daarvoor mogen jagers hun ding doen op hun land. Boeren zijn gewend om te bepalen wat
er leeft en wat er sterft op hun land en in hun stallen. Hun dagelijkse omgang met leven en dood wordt
zelfs wel genoemd als een van de oorzaken van het hoge suïcidecijfers van deze groep. Dat is triest.
Maar het is ook triest dat onschuldige dieren hier het slachtoffer van worden.
Beide groepen zijn er uitstekend in geslaagd om hun voordeel te doen met de
maatschappelijke onrust, ontstaan als gevolg van de afname van de weidevogels. Miljoenen
belastinggeld gaan weer naar de boer, die zijn handen in onschuld wast, terwijl schaalvergroting,
landbouwgif en monoculturen gewoon doorgaan. En als dat weidevogelherstel uitblijft, dan wijst hij
naar de predatoren en knipoogt naar de jager, die klaarstaat om te handelen. Ook geldt dat voor
huiskatten – althans, dat dreigt ook voor huiskatten te gelden. En daarom dienen wij deze motie in.


Ik ben aan het eind van mijn betoog. Het doodschieten van dieren heeft
geen zin in het kader van de bestrijding van landbouwschade of weidevogelbescherming of
verkeersveiligheid. En reeën hebben een zogenaamde vertraagde dracht: indien de omstandigheden
er niet naar zijn om een kind op te voeden, gaat het bevruchte eitje zich niet verder ontwikkelen. Dat
de populatie zich moet aanpassen aan de draagkracht van de omgeving, doen ze dus zelf prima. En
ook hier speelt de jager slechts een verstorende rol. Daarom dienen wij deze motie in.

Er staan veel mooie dingen in het weidevogelplan. Alleen, wij zullen
nooit kunnen instemmen met een plan dat gekoppeld is aan predatiebeheer. En eerlijkheidshalve
hebben wij ook nogal onze twijfels over het nut van deze plannen. Want de agrarische ontwikkelingen
op het platteland gaan gewoon door. En dan kunnen we wel wat extra lapjes land beschikbaar stellen
voor weidevogelbeheer, maar wij denken eerlijk gezegd dat het zinloos is en dat we óf afscheid
moeten nemen van onze oude weidevogels, óf dat we met z’n allen gewoon veel harder moeten
pleiten voor biologische landbouw en voor het einde aan het landbouwgif. En als we doorgaan met
landbouwgif, dan kunnen we wel proberen om nestjes te laten maken, maar dat is zinloos als er geen
voedsel voor de jongen is. En zelfs al zou er geen vos of buizend of een van die dertig predatoren in
de buurt zijn, dan nóg kan zo’n weidevogelkuiken niet overleven zonder insecten en zittend in dat
koude raaigras waar geen zon in doordringt. Dus ja, zolang alles doorgaat zoals het nu doorgaat, is
weidevogelbescherming in onze optiek eigenlijk symboolpolitiek. Maar zin heeft het niet.

Voortgang Ring Zuid



De vertraging van het project is ongekend en de technische
uitvoerbaarheid van het geheel lijkt bijzonder twijfelachtig. Daarom hebben wij ook mede de motie
ingediend, die zonet is ingediend. En ik moet u bekennen: lastig is bij dit project dat ik zelf eigenlijk
nog niet eens een fietsband kan plakken. Dus al die technische details die mij hier en daar in de oren
worden gefluisterd, daar kan ik eigenlijk niks mee.
Zo hoorde ik afgelopen week wellicht – en dat zou nieuws zijn – dat tot een diepte van 36
meter moest worden drooggemalen voor de tunnelbak en dat dat tot een verzakking van huizen en het
afsterven van al het groen zou kunnen leiden in de buurt. Nou, dat leek mij goed om daar wat
ambtelijke verduidelijking op te krijgen. Het antwoord kwam gisteren binnen. Overigens zijn wij
tevreden met de antwoorden op onze schriftelijke vragen – dus dat even ter compensatie. Maar dat
antwoord dat gisteren binnenkwam op onze technische vragen, die ik wat had onderverdeeld, luidt als
volgt: ‘Omdat de Aannemerscombinatie Herepoort nog geen definitief ontwerp heeft ingediend voor de
verdiepte ligging, is het op het moment nog niet mogelijk om de door u gestelde vragen te
beantwoorden.’ Nou, dat deed bij ons het vertrouwen in het slagen van de huidige plannen, niet
toenemen.
Daarom wil ik ook graag deze motie indienen, omdat het ons bijzonder nuttig lijkt om voor dit
plan geen boom meer te kappen.








Interessant voor jou

Woordvoering Provinciale Staten Nationaal Programma Groningen

Lees verder

Woordvoering Provinciale Staten zoutwinning en radarvoorziening windmolens Eemshaven

Lees verder

Help mee aan een betere wereld

    Word lid Doneer